Het Lam Gods, wat vooraf ging …

“In de vroege 15e eeuw lieten Josse Vijd (1360-1439), heer van Pamele, en zijn echtgenote Elisabeth Borluut het imposante polyptiek ‘De Aanbidding van het Lam Gods’ creëren voor hun familiekapel in de Sint-Janskerk, de huidige Sint-Baafskathedraal in Gent. Ze vertrouwden deze prestigieuze opdracht toe aan Hubert van Eyck, een meester in de schilderkunst van zijn tijd.
Hubert van Eyck overleed echter op 18 september 1426 zonder zijn werk te voltooien. Op aandringen van Vijd stemde Jan van Eyck ermee in om het werk van zijn broer voort te zetten, waarschijnlijk al in een vergevorderd stadium.
Op 6 mei 1432 werd het voltooide altaarstuk voor het eerst publiek tentoon gesteld tijdens de doopplechtigheid van Joos van Bourgondië, een zoon van Filips de Goede.

In 1557 kreeg de Vlaamse renaissanceschilder Michiel Coxie van koning Filips II van Spanje de opdracht om een kopie te maken van het veelluik.
Tijdens de religieuze onlusten van 1566 werd het meesterwerk verborgen in de toren van de St Janskerk (St Baafs) en in het jaar daarop weer op zijn plaats gezet.
Toen de calvinisten (olv Van Hembyse en Van Rijhove) in 1578 Gent veroverden, werd het polyptiek naar het stadhuis van Gent gebracht en men overwoog het via Willem van Oranje aan koningin Elizabeth van Engeland te schenken als dank voor haar steun aan de Reformatie in de Nederlanden. Josse Triest, heer van Lovendegem en afstammeling van de schenkers, verzette zich echter met succes tegen dit plan.
In 1584 keerde het schilderij terug naar Sint-Baafs en werd eerst in de kapel van Viglius geplaatst, voordat het in 1587 weer op zijn oorspronkelijke plek kwam.
1639 plaatsing van de marmeren afsluiting aan de Vijdkapel (gefinancierd door de families Triest en Borluut)
In 1781 bezocht Jozef II de stad Gent, waar hij Het Lam Gods bezichtigde. De “keizer-koster” stoorde zich, volgens de legende, aan de naaktheid van Adam en Eva. Om hem ter wille te zijn werden ze verwijderd.
In 1794 werden de vier grote middenpanelen tijdens de Franse overheersing onder Napoleon meegenomen naar Parijs en in het Louvre geplaatst, terwijl de zijpanelen werden opgeslagen in een magazijn naast de kapittelzaal. De panelen werden in 1815 teruggegeven en in 1816 opnieuw in hun oorspronkelijke staat samengesteld.
In december 1816 werden de zijpanelen – met uitzondering van de Adam- en Eva-panelen – door de kanunniken van de kathedraal verkocht aan een Brusselse handelaar voor de bespottelijke prijs van 3.000 gulden/florijnen (Zie verder).
Op 11 september 1822 woedde een brand in de Sint-Baafskathedraal. In de chaos probeerde men Het Lam Gods te redden. Door de haast brak het middenpaneel ‘de aanbidding van het Lam’ in tweeën. Een ingrijpende restauratie volgde, en in 1829 werd het retabel teruggeplaatst in de Vijdkapel.
De Adam- en Eva-panelen werden in 1861 door de Belgische staat verworven.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog, na de Duitse inval, wordt op 1 september 1914 het samengesteld polyptiek in veiligheid gebracht en verborgen in een privéwoning..
Hieruit blijkt (1920):
-
dat de Sint-Baafskathedraal van het originele werk alleen nog het belangrijkste centrale deel bezit, namelijk De Aanbidding van het Lam Gods, samen met de drie grote figuren van God de Vader, de Maagd Maria en Johannes de Doper; (eigendom St Baafs)
-
dat de bovenste panelen met Adam en Eva zich in het Koninklijk Museum van Brussel bevinden; (eigendom Belgische staat sinds 1861)
-
dat de zes overige panelen in het museum van Berlijn zijn, waar ze in 1894 werden doormidden gezaagd om zowel de buiten- als de binnenkant te kunnen tentoonstellen. (thans eigendom Belgische staat, als herstelbetaling oorlogschade 14-18 ; Toevertrouwd aan St Baafs, dit werd bewerkstelligd door minister Destrée ‘om … ze in hun geheel te herstellen gelijkvormig den wensch der gevers en der kunstenaars’ en vastgelegd bij Koninklijk Besluit K.B. 20 augustus 1921 . Artikel 3 van het besluit vermeldt uitdrukkelijk dat de Kerkfabriek de verbintenis aangaat ‘het meesterstuk met alle wenschelijke zorgen te bewaren’
Vertaling van het voorwoord “L’Interprétation du Retable de Saint Bavon à Gand”
1920 – Kanunnik Gabriël Van Den Gheyn.
Het veelluik ‘De Aanbidding van het Lam Gods’ geniet thans de bescherming van de onroerenderfgoedregelgeving als cultureel erfgoed van de Gentse Sint-Baafskathedraal. Daarnaast wordt het, als roerend cultureel erfgoed van uitzonderlijk belang, erkend als Vlaams topstuk onder het Topstukkendecreet.)
Duitse periode (1816 -> 1821 Koning van Pruisen <=> 1920 – Verdrag van Versailles)
Op 19 december 1816 werden, met uitzondering van ‘Adam en Eva‘, de zijluiken van het Lam Gods verkocht aan kunsthandelaar Lambertus Johannes Nieuwenhuijs voor 3000 gulden.
Hoe het afliep? … Het vonnis ten gronde
Via een in Aken (Duitsland) wonende Engelsman, kunstverzamelaar Edward Solly (1776 – 1844) kwamen de zes zijluiken in 1821 in het bezit van de koning van Pruisen. Die stond ze af aan het Kaiser-Friedrichmuseum in Berlijn waar de zes houten zijpanelen van het Lam Gods in 1894 minutieus in dikte doormidden gezaagd
werden zodat men in totaal twaalf panelen kreeg. De bedoeling was alle panelen samen in één zaal tentoon te stellen.
Het Altes Museum voordat de panelen naar het Kaiser Friedrich Museum verhuisden.
De zes zijpanelen (Van Eyck 1432) met er boven het Michiel Coxcie middenpaneel (1559).
Zicht op de keerzijde was vanuit de zaal ernaast, aangezien de voor- en achterkant
van de panelen nog niet van elkaar waren gescheiden.
Intussen in de St Baafskathedraal
De Vijdkapel in 1912 (Foto ; Edmond Sacré );



Verdrag van Versailles (1919)
Na de Eerste Wereldoorlog, op 28 juni 1919, werd te Versailles het vredesverdrag ondertekend tussen de ‘Verbonden geassocieerde Mogendheden en Duitsland’.
In deel VIII artikel 247 van de uitvoerige tekst van dit vredesverdrag en het bijhorende protocol verbindt Duitsland zich ertoe om binnen de zes maanden na de inwerkingtreding van het verdrag de panelen van ‘De Aanbidding van het Lam Gods’ en de panelen van de triptiek ‘Het Laatste Avondmaal’
(Dirk – Dieric – Bouts, 1464-1468) aan België terug te bezorgen. De overdracht gebeurde op 2 juli 1920
Lees meer over Verdrag van Versailles (1919)

1934

Verder lezen …
…