Essentiële personen

Arséne Goedertier

¤ De afpersingsbrieven
¤ De veertiende brief (met hypothese)
¤ Schetsen
           – Notaboekje (met hypothese)
           – Grote tekening (met hypothese)

– De Man

¤ Naspeuringen
¤ De Eendracht
¤ Plantexel

 

 

Verondersteld …

Achille De Swaef (Lede, 01 november 1862 – Hofstade 29 november 1934)

… is een achterneef van A.G.

… werd door A. Richet aangewezen als mogelijk handlanger van Arséne Goedertier. Een foto voorlegging aan Alexis Puissant (bediende bagagedepot Brussel-Noord) leverde geen resultaat op. Puissant kon noch bevestigen, noch ontkennen dat dit de persoon was die de St Jan had afgegeven.

 

Oscar Lievens (Lede, 30 juli 1877 – Wetteren, 05 maart 1935)

… ooit getrouwd met een achternicht (zuster van Achille De Swaef) …. werd door het “openbaar gerucht” gelinkt aan de zaak, er werden nooit aanwijzingen gevonden, laat staan bewijs, dat Lievens iets met deze zaak te maken heeft.

Eén getuige (F. De Pauw) verklaart dat hij bij Goedertier thuis werd gezien. Wordt tegengesproken door de huishoudster.

 

Nooit verder onderzocht …

E. Vanden Abeele

… werd door een anonieme bron uit Wetteren aangewezen als mogelijk handlanger van Arséne Goedertier (19 maart 1935). Een confrontatie met Alexis Puissant (bediende bagagedepot Brussel-Noord) leverde geen resultaat op. Puissant kon noch bevestigen, noch ontkennen dat dit de persoon was die de St Jan had afgegeven. Opmerkelijk zijn de banden met Richet en Coppejans … zij zetten de speurders “op het spoor” van Achille De Swaef.

 

Frans Coppejans (Gent, 22 November 1867 – Gent, 22 Juli 1947)

Kunstschilder en eerste Euverdeken van de Gentse Koninklijke Souvereine Hoofdgilde van Sint-Joris.
Was samen met z’n broers Charles en Henri zeer vertrouwd met het Bisdom, St Baafs en in het bijzonder Het Lam Gods. Verborg tijdens de eerste wereldoorlog het retabel en ontwierp/maakte het sluitwerk voor het Lam Gods

 

Arséne Richet

Ex-koster, wisselagent en Schepen van de gemeente Lochristi. Arséne Richet was een van die wisselagenten die geregeld op vrijdagmiddag met A.G. samen kwamen in de “Moka”.
Hij zet de speurders “op het spoor” van Achille De Swaef omdat deze zou gelijken op E. Vanden Abeele en tevens een contact (familie) zou zijn van Arséne Goedertier.

 

En verder …