Arsene was rijk …

Verhoor door Henry Koehn in haar woonst, Heistraat 179 te Sint-Niklaas op 9 juli 1941 van 19u30 tot 20u30 

Vraag: Wat was het vermogen van Goedertier?
Antwoord: Hij had gelden in depot ten bedrage van 1.200.000 frank. Bovendien bezat hij vorderingen tegenover schuldenaars ten belope van 1.300.000 frank. Toen mijn man stierf, hadden wij samen zowat 3 miljoen frank in bezit. Dat bedrag was niet in baar geld, maar lag vast, meestal in eigendommen (landerijen). Hoewel er meer actief dan passief was werd hij failliet verklaard. Indien ik een advocaat had gehad die wat meer afwist van financiën, was het nooit tot een bankroetverklaring gekomen. Alle uitgekeerde gelden kwamen uitsluitend uit ons bezit, zonder enig tekort. 

Onderhoud met advocaat senator De Vos, Jooris in Dendermonde in zijn woning, Kerkstraat 70, Tel. 141 Dendermonde, tussen 10:00 en 13:30 uur op 9 juli 1941, uitgevoerd door Kriegsverwaltungsrat Henry Koehn.

Op mijn vraag naar het vermogen van Goedertier deelde De Vos mee: “Goedertier was vermogend. Hij bezat uit zichzelf geld, ook toen hij reeds koster was. Hij en zijn vrouw kregen veel eigendommen (landerijen) van zijn nog levende, op dit ogenblik 95 jaar oude familielid. Goedertier had alleen nood aan baar geld, kapitaal bezat hij, het lag alleen vast. Goedertier beschikte over een depot van geld van klanten ter waarde van 1.200.000 frank (een miljoen tweehonderdduizend). Als schuldeiser (creditor) beschikte hij bijvoorbeeld over een vordering op drie schuldenaars van in totaal ook ongeveer 1.200.000 frank. Deze schuldenaars waren Dr D.B. Wetteren, V.R. Lokeren en Adv Goedertier in Gent

“Na zijn dood werd Goedertier bankroet verklaard. Alle schuldeisers konden echter uit zijn geldmiddelen volledig uitbetaald worden met inbegrip van de interest. Zijn weduwe had nog een groot vermogen van meer dan een miljoen frank bestaande uit geld en landerijen. Ik geloof niet dat Goedertier ook maar iets van de 25.000 frank die de bisschop hem betaald heeft, voor zich heeft gehouden.”